Menu Sluiten

Het is een veel gestelde vraag van potentiële nieuwe cliënten aan mij in een eerste telefoongesprek. Werkt u op basis van no-cure-no-pay? Nee absoluut niet, is dan mijn antwoord.

Maar ik neem zaken wel kosteloos in behandeling en breng geen kosten bij mijn cliënten in rekening wanneer de aansprakelijkheid niet erkend wordt. Wat is het verschil?

Als ervaren belangenbehartiger kan ik in een eerste telefoongesprek de kans op succes en verhaalbaarheid van schade meestal goed inschatten. Zie ik voldoende aanknopingspunten om van aansprakelijkheid van de wederpartij te kunnen spreken, dan neem ik een zaak voor mijn cliënten kosteloos en op mijn (kosten)risico in behandeling. Ik probeer de aansprakelijkheid rond te krijgen en wanneer dat is gelukt, is de schade van mijn cliënt verhaalbaar, waar ook mijn kosten onder vallen. Ik kan in dat geval mijn cliënt gedurende de gehele zaak kosteloos bij blijven staan in het verhalen van schade, omdat ik mijn kosten kan indienen bij de aansprakelijke partij. Discussies met een aansprakelijke partij over de omvang van mijn kosten zijn voor mijn risico, ik breng nooit mijn kosten in rekening bij mijn cliënten.

Maar hoe verschilt dit van no-cure-no-pay? Het klopt dat ik geen kosten in rekening breng bij mijn cliënten wanneer de aansprakelijkheid niet rondkomt en dit een soort no-cure-no-pay is en lijkt, maar het grote verschil ontstaat wanneer de aansprakelijkheid wel erkend wordt.

Belangenbehartigers die met de klassieke no-cure-no-pay constructie werken, brengen een percentage van soms wel 25% van de schadevergoeding bij hun cliënt als kostenvergoeding in rekening op het moment dat schade wel verhaalbaar is en daarnaast vorderen ze de buitengerechtelijke kosten (hun daadwerkelijke kosten) bij de aansprakelijke partij. Met andere woorden, deze belangenbehartigers krijgen niets als de aansprakelijkheid niet erkend wordt, maar krijgen dubbel als de aansprakelijkheid wel erkend wordt.

Aan letselschadeadvocaten en aan letselschadebureaus die in het bezit zijn van het Nationaal Keurmerk Letselschade zijn voorwaarden opgelegd waaraan voldaan moet worden om op no-cure-no-pay basis te mogen werken. Samenvattend is de belangrijkste voorwaarde dat het moet gaan om een zaak waarin het op voorhand niet eenvoudig lijkt om schade voor het slachtoffer te kunnen verhalen.

Maar let op! ‘Letselschadespecialist’ is geen beschermde titel en dus is niet iedereen die zich uitgeeft als belangenbehartiger aan regels gebonden. Het zijn juist vaak de niet-advocaten en niet-geregistreerde deskundigen die met een no-cure-no-pay constructie werken.

No-cure-no-pay lijkt een goede constructie, omdat slachtoffers vooral horen dat ze niet voor kosten komen te staan wanneer de zaak niet haalbaar blijkt. Maar dat ze soms tot wel 25% van hun schadevergoeding aan hun belangenbehartiger kwijt zijn in een wel haalbare zaak, terwijl die belangenbehartiger daarnaast ook nog een dikke rekening aan de aansprakelijke partij stuurt, weten veel mensen niet.

Conclusie: No-cure-no-pay is in letselschadezaken over het algemeen geen goed idee, vooral niet in zaken waarin het aannemelijk is dat de aansprakelijkheid erkend gaat worden, omdat het slachtoffer in dat soort zaken geheel kosteloos bij kan worden gestaan. Maar hoe weet een juridisch leek of hij een haalbare zaak in handen heeft? Neem contact op met een letselschadeadvocaat of een letselschadebureau dat in bezit is van het Keurmerk Letselschade. Wij denken graag geheel vrijblijvend en gratis met u mee over de kans op succes in uw specifieke kwestie en zullen u een eerlijk advies meegeven.